Sinds 2010 komen wij nu op Sicilië, elk jaar in Castel di Tusa, van waaruit we veel bezocht hebben, zeker ook in het binnenland. Maar omdat de hele noordkust in de 2 weken die we altijd in Castel di Tusa doorbrengen te kort zijn, en de afstand te groot, hebben we ook een aantal keren op andere plekken aan de noord kust doorgebracht. Dus heb ik alle plekken verzameld in ondstaand blog. NB: de noord kust, wordt op de highlights na, het minst bezocht door niet Italiaanse toeristen. Dat is heel jammer, want het is er meer dan prachtig.
San Vito lo Capo ligt, prachtig gelegen, op een punt aan zee, heeft een
hele bijzondere en mooie kerk, met crypte, veel (toeristen) winkeltjes,
restaurants, café'tjes en terrasjes. Vooral een terras aan zee is aan te
bevelen, lekker met je voeten in het zand. Heerlijk. San Vito is vooral mooi wat betreft de zee, de zandstranden, je kunt er ook duiken, en de kust naar de ingang natuurpark Zingaro.
Volg vanuit San Vito lo Capo de weg SP63 richting de ingang van natuurpark
Zingaro. Deze kustweg is echt supermooi!!! Buiten het hoogseizoen ook bijna uitgestorven. Neem even de afrit naar de Tonnarella dell'Uzzo, een oude
Tonijnfabriek, nu een ruïne, maar geweldig mooi. Rij dan gelijk even door naar de
steenfabriek die je in de "verte" ziet liggen, Hier heb je een
prachtig uitzicht op zee.
Erice is een stadje dat je van veraf al ziet liggen. Boven op de heuvel,
750 meter hoogte, kijkt het over de hele vallei tot Trapani en San Vito lo
Capo. Net buiten de stadspoort Trapani kun je parkeren. Het is een prachtig
middeleeuws stadje, met o.a. een klooster-ruïne Santo Salvatore. Als je hier doorheen dwaalt hoor je, zachtjes, kerkgezang, zeer indrukwekkend en de moeite
waard. Ga naar café Anna, waar je vanaf het dakterras uitzicht hebt op Trapani, de stadspoorten,
smalle mooie straatjes/steegjes, winkeltjes, prachtig park met kasteel, de vele
kerken.
Castellammare del Golfo, stadje op de heuvel. Als je
even buiten Castellammare del Golfo op de SS 187 rijdt, richting Trapani, is er
een prachtig uitzichtpunt, een belvedere, waar vandaan je een super mooi zicht heb op het hele
stadje. In het weekend staan op deze parkeerplaats een wagen met Panelle, een overheerlijke 'snack' gemaakt van kikkererwten. Het stadje heeft ook een wir war van steegjes en straatjes, een mooi
haven, waar vandaan je mee kunt gaan met een boottocht langs het natuurpark
Zingaro. Verder vind je hier veel café’s en restaurants. Buiten het hoogseizoen
erg gezellig. In de ´bovenstad’ vind je veel winkels, mooi park, terrasjes en
restaurants.
Rij over de SP63 naar Scopello, een piepklein dorp aan de
rand van het natuurpark Zingaro. Onderweg kom je de prachtigste
uitzichten tegen en ook een voormalige tonijnfabriek, waar nu een museum in is.
Van Scopello kun je het natuurpark in voor wandelingen (niet
toegankelijk voor auto’s en fietsen). Op diverse plekjes in Zingaro kun je
‘naar beneden’ waar prachtige baaitjes zijn, waar je kunt zwemmen en duiken. Maar
Scopello zelf is ook de moeite waard. In het midden ligt een plein met kleine,
vooral doodlopende, steegjes, paar winkeltjes, café’s en restaurants.
Monreale is een
mooi klein stadje (bij Palermo) boven op een heuvel, met een prachtig uitzicht
op Palermo en de zee. De kathedraal en de kruisgang-kloostertuin in het
Benedictijner klooster zijn adembenemend. De kathedraal is in de 12e eeuw
gebouwd op verzoek van Willem de 2e van Sicilië. Het heeft Normandische en
Arabische elementen en prachtige mozaïeken.
Nadat je hier geweest bent, en je hebt nog tijd, is het de moeite
waard om een ritje naar het achterland te maken. Geweldige slingerende
weggetjes die o.a. leiden naar
Piana degli Albanesi: een
Albanees dorp waar de taal en de cultuur van de Albanese bevolking nog
in werking is. Prachtige kerk, een paar mooie straatjes met oude huizen en
kerkjes.
Cefalu is, naast Palermo, voor de meeste toeristen de hotspot van
Noord Sicilië. Het is inderdaad een prachtig stadje, gelegen aan zee, met
zandstrand. Je kunt midden in de stad, op een parkeerplaats aan zee parkeren,
of onder in de haven, aan de andere kant van de stad. Het centrum van Cefalu is
niet toegankelijk voor auto’s van niet bewoners. Buiten juli en augustus is het
tegenwoordig ook al erg druk met toeristen, maar het is er nog steeds goed
vertoeven.
Het stadje ligt tussen Palermo en Castel di Tusa. Prachtig oud
stadje met mooie kathedraal, waterplaats, strandjes, wir war van straatjes met
winkeltjes, café’s, restaurants en een hoge rots. Deze La Rocca, kun je “ beklimmen” via een looppad, vanwaar
een machtig uitzicht.
Castelbuono ligt
net boven Cefalu
in de heuvels van het achterland, Madonie natuurpark. Heel mooi klein stadje
met mooi centrum, (sober) mooi kasteel met zeer bijzondere kapel, en een
prachtige kerk met een bijzondere crypte en bijzondere schilderingen in de
kerk. Als je geluk hebt loopt er wel de koster of een vrijwilliger rond, die je
een en ander over de kerk kan vertellen. De weg er naar toe over de SS113 (en
ook terug naar de SS113), via Pollina, is prachtig.
Iets verder uit de kust, ‘boven’ Cefalu, liggen Enna en Calasscibetta.
Twee steden die zeker de moeite waard zijn.
Enna, gelegen op een heuvel, 940 meter boven zee, met een geweldig
uitzicht op de vallei en Madonie park. Het heeft een mooi oud centrum, met veel
mooie uitzichtplekjes, mooie kerken, kasteel, en natuurlijk terrasjes, café’s
en restaurants.
Tegenover Enna ligt Calasscibetta. Een klein oud middeleeuws
stadje op een rots. Er zijn in het centrum nog oude grotwoningen te zien, een
barokkerk, ruïne van een kasteel en prachtige vergezichten. Ga op het plein van
de kerk op een bankje zitten, of neem plaats op het terras en geniet van de
rust en de schoonheid.
Isnello ook gelegen boven
Cefalu, in het Madonie park op zo’n 1.900 meter hoogte. Hier kun je 's winters
skiën. Klein dorpje prachtig gelegen, met ruïne van Byzantijns kasteel. Ook
hier heeft de tijd stil gestaan. Zeker als het heet is en dan in de middag,
totale stilte in het dorp, de warme lucht ligt op het dorp. Strijk neer op een
terrasje en geniet van de rust en een koel drankje.
San Mauro Castelverde ligt net
als Castelbuono boven Cefalu in het Madonie natuurpark. Het ligt hoog in de heuvels, van
hieruit prachtig uitzicht. Klein stil dorp waar de tijd echt stil staat. Smalle
straatjes waar je in alle rust doorheen kunt slenteren. De oude mannetjes die je hier geregeld ergens op
een trapje ziet zitten, maken graag een praatje met je, vaak over de tijd dat ze, meestal, in het Ruhrgebied in Duitsland aan het werk waren, en laten je graag horen dat ze nog steeds wat Duits kunnen praten.
Klooster
Gibilmanna, uurtje
rijden vanuit Castel di Tusa ligt Santuario di Gibilmanna, Via de SS113 naar Cefalu
en dan naar het klooster. Boven op een heuvel staat de kerk en het klooster,
heerlijk sereen in alle stilte. Prachtig uitzicht over het landschap. Helaas
was het klooster gesloten. We hebben de kerk bezocht en de kloostertuin. Ook
zeker de moeite waard!
Vlakbij klooster Gibilmanna ligt Gratterie.
Ook week zo’n typisch Siciliaans dorp met steegjes en straatjes. Hier zijn nog oude grotwoningen te bezoeken.
Vanuit Cefalu rij je over de SS113
naar Castel di Tusa en Tusa, mijn favoriete route. De SS113 meandert
langs de zee. Je hebt prachtige uitzichten op zee, en bij helder weer, de
Eolische eilanden.
Over Castel di Tusa vertel ik wat meer, omdat wij hier, meestal, jaarlijks 2 weken doorbrengen, het ligt precies tussen 2 nationale
parken: Park Madonie en Park
Nebrodi.
Castel di Tusa is een
kleine plaats, voorheen ook een vissersdorp, gelegen aan de zee. Mooi klein centrum, in het voormalige kasteel
zijn nu appartementen. Er is een bijzonder hotel: ART Hotel. Hier zijn alle
kamers door diverse kunstenaars ingericht en deze kun je, met een gids, gaan
bekijken, zeer de moeite waard.
Het hotel is onderdeel van Stichting
Atelier sul Mare.
Verder valt hier ook nog onder: Fiumara
d’Arte Contemporanea: 11 kunstwerken, gelegen in de bedding van de rivier, verdeeld in het landschap van deze
regio. Bij het hotel kun je een route en uitleg hierover vinden. Een echte aanrader, zowel de kunstwerken als het rijden door dit prachtige landschap.
Verder zijn er diverse café’s,
ontbijt-lunch-ijs-taartjes-plekjes in Castel di Tusa, in het bijzonder bar
Porto Marina, restaurants, kleine supermarkt, slager, “winkel van sinkel”.
De groenteboer rijdt diverse keren in de week met zijn groentewagen door het
dorp met vers fruit en groenten uit de regio.
Castel di Tusa behoort tot de gemeente Tusa, dat 700 meter
boven de zeespiegel ligt. Tusa heeft een heel mooi centro storico, met op het
hoogste punt, bij café Belvedere, een geweldig uitzicht over de vallei en de
zee. In Tusa zijn 2 supermarktjes, 2 slagers, een “winkel van sinkel",
bloemenwinkel, ontbijt-lunch-ijs-taartjes-plekjes, café’s, restaurants. Ook is
er een Calvarie en een klooster van Franciscanessen, met een kleine kapel en
een kloostertuin. Je kunt hier aanbellen en dan kun je de kapel en de kloostertuin
bezoeken. De zusters leven van de oogst uit hun tuin en van donaties. Zij zelf nemen geen geld aan, maar bij de 2 supermarkjes kun je een donatie doen. De zusters kunnen met deze tegoeden hun boodschappen doen. Ga heerlijk dwalen door de straten en steegjes van Tusa, en neem geregeld een terrasje en bekijk van daaruit het leven in Tusa. Ook hier
lijkt de tijd vaak stil te hebben gestaan.
Aanrader, rij via
de “oude weg” van Castel di Tusa naar Tusa. Deze weg begint naast Bar Porto
Marina, aan de SS 113. Zodra je afslaat naar Tusa, kom je op een weg met eeuwen
oude olijfbomen en met een prachtig zicht op Tusa, dat op de heuvel ligt.
Als je over de “nieuwe weg” naar
Tusa rijdt, kom je langs Halaesa, Griekse archeologische vindplaats.
Het
Nebrodi park heeft een minder groot wegennet dan het Madonie park. Maar
je kunt hier heerlijk wandelen, fietsen, mountainbiken, maar ook met de auto
het natuurgebied doorkruisen. Op 1.500 meter hoogte, heb je bij helder weer,
zicht op de Etna. Je komt in het park wilde zwarte paarden en zwarte Nebrodi
zwijnen tegen. Verder is het een walhalla aan diverse bomen en planten en
genoeg picknick plekjes.
Verder
zijn er in het Nebrodi park dorpen of stadjes die het bezoeken waard zijn, zoals:
San’t Antonio, het dorp van de
zwarte paarden. Het extra bijzondere aan dit dorp is dat het een eigen taal
heeft. Het is een mengsel van Siciliaans en Romaans.
Mistretta, een typisch Siciliaanse stad met
steegjes, palazzo’s, kasteel ruïne, kerken, winkeltjes en horeca.
San Marco D’Alunzio, 500 meter boven de
zeespiegel. Bij het VVV kantoor kun je diverse wandelroutes halen, die door het
dorpje leiden, met een wir war aan straatjes. Een museum, kasteelruïne, kerken,
waaronder een Byzantijnse kerk.
Santo Stefano di Camastra, de ceramiekstad van
deze regio. Ook hier weer smalle straatjes, kerkjes, winkeltjes, horeca. Net
buiten de stad ligt het oude kerkhof. Hier zijn de graven bedekt met ‘daken’
van ceramiek. Heel bijzonder. Als je van daaruit de weg omhoog volgt, deze loopt
dood, kom je bij een kleine kapel, met een prachtig uitzicht op Santo Stefano
di Camastra, de zee en de vallei.
Castel
di Lucio is
een van die plaatsen waar je een kunstwerk kunt bewonderen van de Fiuma di Arte
route. Een vermelding van het dorpje zelf is dat er een slager is met een
eetcafé. Hier eet je wat de pot schaft en je kunt kiezen uit 2 gerechten. Eenvoudig,
maar lekker eten, op een bijzondere locatie, waar de werkmannen uit de buurt 's middags lunchen.
Capo
d’Orlando
is een stadje richting Messina. Rij over, de voor mij zo’n mooie zeeroute, de
SS113 er naar toe. Het stadje zelf is niet bijzonder. Hier gaat het om de kust.
Die is zo mooi, en buiten het seizoen, zo stil. Geweldig. Aan zee vind je
diverse terrassen en restaurants waarbij je een prachtig uitzicht hebt op de
zee, en bij helder week op de Eolische eilanden. In alle jaren dat we nu al in
deze regio komen, rijden we regelmatig er ‘even’ naar toe voor wandeling over
het strand en een drankje.
Het
Madonie park is meer op bezoekers gericht, zonder dat het te toeristisch
wordt. Bij het VVV kantoor in Cefalu kun je info krijgen en ook wandel-en
fietstochten. Zorg voor een gedegen wegenkaart of gebruik google maps/ tom-tom
en doorkruis dit gebied met de fiets, te voet, of de auto. Er liggen diverse
prachtige kleine plaatsen in dit gebied.
Gangi ligt in het binnenland van het
Madonie park. Een prachtig piepklein middeleeuws stadje, boven op een berg. De
route er naar toe is al prachtig, via de kloof van Tiberio en San Mauro
Castelverde. Bijna geen verkeer, en dat is maar goed ook, want het wegdek is
giga slecht. Zulke grote gaten in het wegdek, dat je soms niet goed weet hoe
zal ik hier nu eens langs rijden. Maar de uitzichten zijn zo adembenemend mooi dat
je het slechte wegdek voor lief neemt. Gangi is prachtig gerenoveerd, met
smalle steegjes en trapjes. Een aantal jaren heeft de gemeente, om de leegloop van het stadje tegen te gaan, huizen voor 1 Euro verkocht. De eis was dat het huis opgeknapt werd. Het huis moet permanent bewoont worden, niet alleen voor vakantieverhuur.
Het is hier echt alsof de tijd heeft
stilgestaan.
Nicosia ligt
op 4 heuvels, een prachtig oud stadje met veel kerken, palazzo's
en "trap-steegjes" omhoog. Een hoop klimwerk dus.
Maar dat geeft niet. Na het bezichtigen van de cathedraal, zijn we gaan
slenteren door de staatjes en beklommen de trap-steegjes. De uitzichten zijn
weergaloos. Je krijgt geen spijt als je in de warmte zo'n trap-steegje bestegen
hebt. Daarna kun je op een terrasje het plein gaan uitrusten en genieten van koffie e/o een drankje.
Sperlinga Een dorpje bij Nicosia "om
de hoek". Het kasteel van Sperlingo werd in de oudheid
door inheemse volkeren gebouwd, een uit de rotsen gehouwen bouwwerk.
Zeer indrukwekkend. Het dorpje bestaat uit 3 straten, 2 pleintjes, het kasteel
en grotwoningen. Totale rust heerst hier. Dat maakt de serene sfeer
nog indrukwekkender.
In de 12e eeuw heeft het kasteel 1 jaar stand kunnen houden in een zoveelste
oorlog. Het kasteel is totaal gebouwd in de rots en bestaat uit ingenieuze
gangenstelsels, met onderin grotwoningen, waar men het vee hield. Zo
ontstond een ondergrondse, veilige stad.
Petrolia Soprano, heen gereden
vanuit Castel di Tusa via Castel Buono en terug via San Mauro, de laatste
route is het mooist, het langst, en het wegdek het slechtst. In al die jaren
dat we hier nu komen, is er nog nooit een reparatie geweest aan het wegdek en
dat is echt ongelooflijk. In het donker wil je hier niet rijden, want je rijdt
zo de onderkant van je auto aan diggelen. Maar de route is zo ontzettend mooi,
dat we het wegdek op de koop toe nemen.
Petrolia Soprano is een prachtig stadje boven op de bergen, geweldig uitzicht,
prachtige duomo, mooie middeleeuwse straatjes en een rust, zalig.
Castelbuono, op een half uurtje rijden
van Castel di Tusa ligt dit mooie stadje. De route via Pollina is het mooiste,
ook al zijn ook hier de wegen erg slecht. Castelbuono heeft een gezellig plein
met een mooie kerk, iets verder door is het kasteel, dat ver over de vallei
kijkt. Het kasteel is van buiten sober, binnen ook, totdat je in de
kasteelkapel komt. Een en al pracht en praal, mooi van lelijkheid. Verder vind
je hier geweldige restaurants, leuke winkeltjes en terrasjes. Ook is hier een mooie
weekmarkt.
Pollina, ook weer zo’n dorpje bovenop een berg
met een Normandisch kasteel en prachtige vergezichten.
Gole di Tiberio: Deze kloof is sinds een aantal
jaren voor publiek toegankelijk gemaakt. Super mooi. Het was even een toer om
er te komen, maar het is gelukt. Aangekomen bij de " ingang" naar de
kloof werden we al opgewacht en konden we doorrijden tot bijna aan de rivier.
Scheelde ons 600 treden aan traplopen! Wat we niet wisten was dat we stevig
schoeisel of waterschoenen nodig hadden, want we moesten de rivier oversteken voor
we in het bootje konden, en wat aangepaste kleding. Geen nood het was warm, dus
deze verkoeling was wel lekker. Adembenemend mooi en wat een rust. Heerlijk. In
het voorjaar kan dit niet, dan kun je er wel raften, want dan staat het water
hoog. Nu in juni niet, en na een paar honderd meter stopten we en gingen we via
de stenen en door de rivier nog een stukje lopen. Op een mooi plekje pauze en
als je wilt kun je er zwemmen. Wij hebben hier heerlijk relaxt gezeten en
genoten van de rust, het water en het zicht. Na een uurtje of 2 waren we weer
terug bij het beginpunt.
Brolo is een kleine
stad aan zee, ten westen van Patti Marina, waar we logeerden. De weg er naar
toe, van Patti Marina naar Brolo, over de door mij zo geliefde SS113, is prachtig. Mooie
uitzichten over zee, kronkelige 2 baans weg, hoge rotspartijen, prachtig. Brolo
heeft, zoals veel dorpen en steden hier, een oud en nieuw gedeelte. Het oude
historische centrum is klein en ziet er wat verlaten uit, ofschoon je kunt zien
dat de huisjes in de kleine straten bewoond zijn. De ruïne van het kasteel is
helaas niet te bekijken, jammer, je had daar vast een spectaculair uitzicht
over zee. Wel konden we een deel van een open galerij bewandelen.
Aangezien het oude centrum heel
klein was, en het nieuwe niet zo interessant, reden we van hieruit naar:
Piraino, een piepklein prachtig mooi dorpje
hoog in het achterland van Brolo. Via een lange kronkelende weg kom je boven
bij het dorpje aan. Het is slim om te parkeren bij het kerkhof/ruïne
Franciscaner klooster. In het dorp zelf is weinig plek om te parkeren
en het is maar een paar minuten lopen naar het "centrum" van het
dorpje.
Milazzo en Capo Milazzo: Milazzo is een kleine stad op een
schiereiland, hier vandaan vertrekken de boten naar de Eolische eilanden. Het centrum
is klein, heeft mooie winkels, een pracht boulevard langs zee en de
vissershaven, kasteel, oudheden museum. Maar het mooiste aan Milazzo is Capo
Milazzo. Rij er naar toe en maak een wandeling over dit schiereiland.
Montalbano: het is een prachtig middeleeuws dorp gelegen in binnenland. Mooie smalle
straatjes, prachtige kerken en een mooi kasteel, wat zeker de moeite waard is
om te gaan bekijken.
Santuario Tindari, een
plek boven op een berg, vlak aan zee. Van hieruit heb je een prachtig
uitzicht op het natuurgebied di Marinello. Boven op de berg van Tindari, is het
Santuario van de zwarte Madonna. Een bedevaartsoord voor veel Sicilianen, en
vooral voor vrouwen die een kinderwens hebben.
Natuurgebied di Marinello, omdat
het al aan het einde van de dag was, kwamen wij er niet meer toe om hierheen te
gaan. Maar volgens Siciliaanse vrienden is het prachtig.
Lipari is
een van de 7 Eolische eilanden. De eilandengroep ligt langs de noordkant van
Sicilië. Vanaf Castel di Tusa tot en met Marina di Patti zie je 5 eilanden, in
Milazzo zie je ze alle 7, als het helder is, voor de kust liggen. Vanaf juni
gaan er boten vanuit Cefalu of Marina di Patti, maar daarvoor en na augustus
gaan er alleen nog maar boten vanuit Milazzo. Zoals veel op Sicilië is het niet
altijd helemaal duidelijk e/o zeker m.b.t. reisinformatie, afvaarten etc. Als
je niet dicht in de buurt bent van een van deze steden, informeer dan goed van
te voren wat de tijden van de veerdiensten zijn. Wij hebben tot nu toe alleen
Lipari bezocht, het eiland dat beroemd is om haar kappertjes. Het is een
geweldig eiland, en wij waren er maar een dag helaas, we hebben een
taxichauffeur "gehuurd" die ons over het eiland heeft gereden, met gelukkig veel
stopplekken om die prachtige kust en flora te bekijken. Een dagdeel is echt te
kort, vinden wij. Gaan graag eens terug.